Moreel beraad heeft vooral impact op zorgverleners

Binnen het Radboudumc, maar ook in andere zorginstellingen, wordt ‘moreel beraad’ steeds gangbaarder. Onder leiding van een ethicus analyseren zorgverleners morele dilemma’s of vragen uit hun dagelijks werk. Onderzoekers van IQ healthcare concluderen dat zulke ethiekondersteuning vooral impact heeft op zorgverleners – die voelen zich bijvoorbeeld opgelucht, begrijpen elkaars perspectief en het dilemma beter of voelen zich als team meer verbonden. Voor het aantonen van een impact op de dagelijkse patiëntenzorg is meer onderzoek nodig.

In een moreel beraad analyseren zorgverleners, onder leiding van een ethicus, morele vragen die ze tegenkomen in hun werk. Moeten we deze behandeling nog voortzetten of is het beter om te stoppen? Hoe moet ik omgaan met deze agressieve patiënt? Stapsgewijs zoeken alle betrokken zorgverleners samen naar wat ‘goed’ is om te doen. Binnen Nederlandse zorginstellingen wordt moreel beraad steeds gangbaarder. Maar wat betekenen zulke gesprekken voor het dagelijks werk van zorgverleners?

Onderzoekers Haan, Van Gurp, Naber en Groenewoud van IQ healthcare zochten in drie verschillende wetenschappelijke databases naar bestaand empirisch bewijs voor de impact van moreel beraad in zorginstellingen. De gevonden artikelen werden kwalitatief geanalyseerd. Wat blijkt? Moreel beraad kan inderdaad impact hebben, maar vooralsnog vooral op zorgverleners zelf en op hun onderlinge interactie. Die voelen zich bijvoorbeeld opgelucht, meer verbonden met elkaar – ook als multidisciplinair team – en zekerder in het nemen van moeilijke beslissingen. Ook draagt moreel beraad bij aan het beter begrijpen van het perspectief van collega’s op een dilemma, en blijken zorgverleners ook hun eigen standpunt en het dilemma beter te begrijpen door mee te doen aan een moreel beraad. Verder worden ze zich meer bewust van het belang van reflectie op hun werk dat vaak moreel geladen is. Overigens kan een moreel beraad voor sommigen ook frustrerend zijn of maar weinig verandering teweeg brengen.

De vraag of moreel beraad ook impact heeft op de kwaliteit van zorg voor patiënten is nog niet te beantwoorden. Bestaand empirisch bewijs is schaars en vooral gebaseerd op zelfrapportage van zorgverleners. Hoe meet je of zo’n beraad daadwerkelijk tot een andere manier van behandelen of bejegenen leidt? Vervolgonderzoek moet kwalitatief en meer patiëntgericht zijn, stellen de onderzoekers. Daarnaast is het belangrijk om de ervaringen mee te nemen van zorgverleners die liever niet meedoen aan moreel beraad. Zo kan moreel beraad, en de waarde ervan, beter worden onderzocht en kunnen we ons meer hard maken voor deze ethiekondersteuning in ons ziekenhuis.

Klik hier voor het artikel van Maaike Haan, Jelle van Gurp, Simone Naber en Stef Groenewoud